Agrofoodpluim voor rode aardappelen en verrassende groenten van Brabantse Bodem

Heb je ooit oesterblad, crosne, ramenas of rode en blauwpaarse aardappelen gezien? Het zou zomaar van het Brabantse platteland kunnen komen. Ondernemer Henk Kerkers teelt zo’n 100 bijzondere groenten en kruiden voor topkoks en consumenten in de Peel. Duurzaam, smaakvol en dichtbij.

Boerenzoon Henk Kerkers deed de hogere agrarische school, maar had verschillende banen en was zelfs wethouder in Deurne. Toen besloot hij van zijn hobby zijn beroep te maken: “Ik heb altijd met veel liefde een moestuin gehad, en houd van heerlijk eten. In de groentetuin van Natuur en MilieuCentrum de Ossebeemd zag ik veel belangstelling. Mensen wilden voedsel zien, proeven en beleven. Dat is wat we nu doen met Bijzonder Brabants.” Hij gaat voor bijzondere, gezonde streekproducten en jaarronde zelfvoorziening van ‘(h)eerlijke groenten’. Hij spant zich in voor de lokale agrofoodsector van de toekomst en daarom ontvangt hij de Agrofoodpluim in april.

Telen met aandacht voor de bodem
Bijzonder Brabants teelt verse groenten en kruiden in de open lucht en de Brabantse grond. Rabarber, spruiten en heilige boontjes kennen we wel, maar Kerkers teelt altijd een bijzonder ras met een volle of aparte smaak en schuwt geen onbekend gewas. Dat doet hij met zorg voor de bodem: “Een gezonde bodem is de basis voor heerlijk voedsel, en dan krijg je gezonde en weerbare planten. Daarom ploegen we niet, gebruiken we bijna geen gewasbeschermingsmiddelen, als het mogelijk is natuurlijke middelen en stimuleren we biodiversiteit.” Zo zaait hij dille tussen de tuinbonen – daar houdt de zwarte bonenluis niet van. Ik vraag me steeds af: hoe zorg ik vooreen gezonde bodem? Wanneer ik de grond kan bewerken, verschilt per kant van de breuk. Alles staat elk jaar op een andere plek.” Variatie is daarbij heel belangrijk.

Peelrandbreuk
Dwars door de groentetuin loopt de geologische breuklijn de Peelrandbreuk, die Kerkers in een hoek van de groentetuin bloot wil leggen.. Dat brengt een bijzondere dynamiek: “Het grondwater staat aan de hoge kant van de breuk (horst) op 1 meter diep, maar aan de lage kant (slenk) op 4,5 meter, het is een ondergrondse waterval. Daardoor is het natter op de hoge kant – daar waar het grondwater ondiep zit. Dat lijkt tegenstrijdig: op het hoge gedeelte moet ik dus minder snel beregenen, terwijl je het omgekeerde zou verwachten.” Ook de samenstelling van de bodem is op beide delen heel anders, en daar houdt Kerkers dan ook rekening mee bij het bij het verzorgen van de groenten. “Er zitten nog zoveel verborgen geheimen in de grond. We leren steeds bij. Vorig jaar stonden de bessen bijvoorbeeld op de verkeerde plek. En had ik na veel regenval op de lage kant vijf keer zoveel aardappels dan op de hoge kant.

Alles blijft in de streek
Bijzonder Brabants levert zijn producten bewust alleen aan koks en consumenten in een straal van 30 km. “Alles blijft hier in de streek, we oogsten op bestelling. Ik vind het onvoorstelbaar dat we peulen uit Kenia halen, en zoveel cellofaan en kerosine verbruiken. Wij telen verantwoord en leveren een certificaat bij onze producten: hoe is het geteeld, hoe beheersen we het onkruid, wat is de smaak en hoe kun je het bereiden? Dat helpt de bediening om haar gasten te informeren.” Ook is vers geoogst leveren positief voor de smaak: een aardpeer uit de koelcel moet worden geschild, maar een aardpeer direct van het land van Bijzonder Brabants kan met schil en al worden bereid – wat nog extra voedingswaarden bevat ook.
Ook doet hij er alles aan om zo min mogelijk te verspillen ‘met gezond boerenverstand’. Groenten die overblijven worden ingemaakt in zuur of als chutney, kapucijners en heilige boontjes gedroogd met behulp van de zon en de wind. “Dat deden mensen vroeger ook. In de winter moest er toch ook worden gegeten? Je kunt veel leren van traditie. Ik krijg veel mails van gasten die ook weer een recept uit hun familie met me delen.”

Een bijzondere beleving staat voorop
Kerkers is pas tevreden als hij mensen een beleving biedt, met smaak, geur, uiterlijk en ook met het verhaal. Voor het tweede jaar organiseert Bijzonder Brabants diners met rondleidingen, die zonder enige PR al halfvol zitten. Het erf van historische boerderij de Breemortel is ook deze zomer weer het decor: “We willen mensen het gevoel van de Brabantse boerderij geven, maar ook vertellen over de teelt. Tussen de gangen door ga ik met een tafel de tuin in. Chef-kok Jan van Hout kookte vorig jaar met 37 groenten en kruiden uit de tuin, en is er dit jaar weer bij.”
Op een zestal zomerse maandagavonden kunnen gasten de onvergetelijke groentetuin ontdekken. Een korte lezing van boer Henk over moestuinieren, met daarbij iets te drinken en iets lekkers, dat boer Henk bereid heeft. En daarna samen de tuin om te zien, ruiken en te proeven.
Ook is het mogelijk om voor een groep of bedrijf een op maat gemaakt arrangement te organiseren.

Educatie maakt mensen enthousiast
Ook wil Bijzonder Brabants schoolklassen gaan ontvangen, en werkt Kerkers met 6 boeren aan de opstart van het educatieprogramma Klasseboeren. Samen willen die boeren bereiken, dat de kinderen weten waar ons voedsel vandaan komt. Het zou mooi zijn als iedere leerling in de basisschooltijd minstens één keer een boerderijles volgt.
Bij Bijzonder Brabants werken (onderzoeks)stagiairs en scholieren. “Educatie is de beste manier om mensen enthousiast te maken. Boeren met hart voor het vak dragen dat graag uit, en je ziet de kinderen genieten op zo’n dag. Het zou mooi zijn als we in Brabant groeien naar 50 klassenboeren, van groenten tot geiten. Dit bestaat al in een aantal regio’s, en wij willen het opzetten voor De Peel. Een uitdaging is nog de bijdrage van 140 euro vanuit scholen, als vergoeding voor de boer. We willen kijken of we dit in Den Haag aan de kaak kunnen stellen, zodat Klassenboeren wordt bekostigd als onderdeel van het reguliere onderwijsprogramma.” Tot het zover is willen we verschillende partijen vragen om een bijdrage, zodat de klassen niet hoeven te betalen voor de boerderijles.

Samenwerking met boer, chef en scholen
Naast Klassenboeren werkt Kerkers samen met en met collega’s uit de buurt. Hij is als lid van Slow Food Brabant actief initiatiefnemer van de themamaand april van het We Are Food-jaar: passend ‘van Brabantse grond’. Eind dit jaar lanceert hij met MBO koksscholen en andere boeren een receptenboek ‘Van Brabantse Grond. De chefs inspireren hem: “Zonder hen had ik geen crosne of bimi geteeld.” Een ander mooi voorbeeld is dat van de samenwerking met een grote aardappelboer uit de buurt: “Die kwam eens binnenlopen en had interesse in wat ik doe. Ik heb veel van hem geleerd over de aardappelteelt, en hij neemt mij veel werk uit handen door mijn aardappelen machinaal te poten.”

De boer van de toekomst
Groot worden ambieert Kerkers niet: hij wil zijn omgeving van bijzondere Brabantse groenten voorzien en anderen inspireren. “In Brabant is wel plek voor 5 of 6 van deze bedrijven, en denk aan een Bijzonder Limburgs of Bijzonder Gronings? Dat versterkt elkaar alleen maar.” Weten waar je voedsel vandaan komt, vinden mensen steeds belangrijker. Kerkers denkt hij de boer van de toekomst is. “Bewust en lekker eten, daar liggen kansen. Dit wordt grootschaliger, en er is innovatie nodig om al dat handwerk op te vangen. Misschien wel een schoffelmachine op zonnecellen? Het slimme Brabant kan daar iets op verzinnen, daar ben ik van overtuigd.”

Kijk ook eens op www.bijzonderbrabants.nl

Bron: Brabantse Agrofood

Deel dit bericht!
Nieuwsbrief

Meld je aan voor onze nieuwsbrief om nieuws, inzichten of ideeën te ontvangen.

Deze website maakt gebruik van cookies om ervoor te zorgen dat u de beste ervaring op onze website krijgt.